De Berner Sennenhond

Mac Ghandor Easy Living 14 maanden oud

De Berner Sennenhond behoort tot de Rasgroep "Dogachtigen"

Geschiedenis van de Berner Sennenhond

Beweerd wordt dat het ras afstamt van zwarte dogachtige honden die de Romeinen in Zwitserland importeerden. Hieruit ontwikkelden zich verschillende typen sennenhonden ('boerenhonden'). Deze rassen verdwenen echter geleidelijk totdat een aantal Zwitserse kynologen in het Dürrbachgebied in de buurt van Bern zich gingen toeleggen op het fokken van de huidige Berner sennenhond. De hond die eerst 'Dürrbächler' werd genoemd kreeg zijn huidige naam een jaar na de oprichting van de eerste vereniging voor dit ras in 1908.

Karakter van de Berner Sennenhond

De Berner sennenhond hoort een waakzaam maar beheerst karakter te hebben. De waakzaamheid van de Berner beperkt zich tot het terrein en de leden van het eigen gezin. De hond is niet overmatig fel en grijpt alleen in wanneer het echt nodig is. Tegenover eigen mensen is de Berner sennenhond zeer aanhankelijk. De zelfstandigheid die de Berner sennenhond heeft ontwikkeld vanwege de taken waarvoor hij is gefokt, kan leiden tot eigenwijs gedrag. Dit maakt dat het ras een zeer consequente training nodig heeft. Het is bekend dat de honden over het algemeen niet erg oud worden. De hond kan goed overweg met kinderen.

Stabiel, niet erg scherp, onbevreesd, schotvast. Middelmatig van temperament.

Rasstandaard van de Berner Sennenhond

Zwitserland heeft naast andere rassen vier Sennenhonden rassen voortgebracht: De Berner, de Appenzeller, de Entlebucher en de Grote Zwitserse Sennenhond.

Bij alle Sennenhonden is de vacht zwart glanzend met bruinrode aftekeningen aan de wangen, boven de ogen, aan de benen en op de borst. Opvallend zijn verder het witte kruis op de borst en de bles op het hoofd, alsmede de vaak witte voeten en staartpunt.

De Berner Sennenhond is de enige langharige van de vier Sennenhonden. Zijn flink behaarde staart draagt hij hangend of licht opgeheven; echter nooit in een krul. De schofthoogte is voor reuen 64 tot 70 cm en voor teven 58 tot 66 cm.

De Berner is gewoonlijk rustig en vriendelijk van karakter; waaks zonder een overdreven te blaffen, en bovendien een prima werk- en huishond. Naast het fraaie uiterlijk, is het mede het fijne karakter dat de moderne, gehaaste mens in deze van oorsprong boerenhond zo zeer aanspreekt, dat de Berner Sennenhond tot onze populairste rassen behoort.

Albert Heim, de kenner bij uitstek van de Sennenhonderassen, schreef ooit eens de navolgende regels over het karakter van de Berner Sennenhond:
"Naar het begrip van de boer is een hond goed, wanneer hij waakzaam en scherp is zonder evenwel bijtlustig te zijn, tijdens het wandelen aan de voet volgt, tijdens ritten met paard en wagen tussen de wielen loopt en niet door de bermbegroeiing, de meester in noodgevallen verdedigt, in het veld verloeren voorwerpen bewaakt, niet stroopt, katten en kippen met rust laat en niet rondzwerft.
Een goede Berner Sennenhond ziet zich vaak als de trouwste kameraad van schoolkinderen en leert dan ook apporteren, een korf dragen en allerlei andere zaken, die hem niet zijn aangeboren. De honden zijn zeer opmerkzaam, ze letten op alles, ze leveren bewijzen, dat ze zeer intelligent zijn, ze zijn vrolijk en beweeglijk van aard, zijn aanhankelijk, vol liefde en trouw en houden er, zoals alle Sennenhonden, geen slinkse streken op na."

De Sennenhonden zijn al vanaf het begin echte gebruikshonden geweest. Ze konden voor vele verschillende doeleinden gebruikt worden. In eerste instantie was dat vooral het hoeden en drijven van een kudde vee en het zoeken naar verloren geraakt vee. Zij deden dit vaak zo goed dat ze twee herders konden vervangen. Zij konden bijvoorbeeld het eigen vee onderscheiden van het vee van derden en zij zorgden ervoor dat er geen vermenging in de kudde kon ontstaan. Dit deden zij door hun reuk en hun gehoor te gebruiken. Honden hebben namelijk een zeer goed gehoor.

Berner Sennenhonden waren en zijn ook nog vandaag de dag 'verbonden' met het huis waar zij wonen. Het zijn typische erfhonden, die nauwelijks over de grens van het eigen erf zullen gaan. Daarnaast werd de Berner in Zwitserland ook regelmatig gebruikt om de melkkar te trekken en zodoende werd ervoor gezorgd dat de melk met of zonder begeleiding van de boerderij naar de kaasmakerij werd vervoerd. In Zwitserland wordt deze tak van arbeid nog steeds uitgevoerd. Op het moment van schrijven van deze informatie (januari 2000) is het in Nederland bij wet verboden om de hond als trekdier te gebruiken.

Tegenwoordig wordt de Berner Sennenhond meer als familiehond gehouden en wordt er niet meer zo veel mee gewerkt. Maar het hoeden en drijven zit hem toch nog wel steeds in het bloed. U merkt dit bijvoorbeeld als u met een groepje mensen (familie of vrienden of bekenden) aan het wandelen bent. De hond(en) zullen dan steeds proberen om de groep bij elkaar te houden.

Sennenhonden zijn, zoals alle herderachtigen, zeer trouw aan hun familie. Hoe meer contact een Berner met 'zijn mensen' heeft, des te beter ontwikkelen zich zijn goede eigenschappen. Hij is erg waakzaam, zonder 'bijtgraag' te zijn. Gebeurt er echter toch iets met een familielid, dan zal de Berner deze persoon met veel energie verdedigen. Ook gaat hij graag om met kinderen. Tegenover kinderen is hij altijd geduldig en vriendelijk. Zijn instinct tot beschermen is hierbij bijzonder sterk ontwikkeld. Maar u moet er natuurlijk wel op letten dat kinderen de hond nooit plagen of erger nog treiteren. Dan kan het gebeuren dat zelfs de goedmoedigste Berner bijt en voor de rest van zijn leven niets meer van kinderen wil weten.

De meeste Berners gaan ook zeer goed om met rasgenoten. Op tentoonstellingen ziet men dan ook zelden dat twee concurrenten agressief in elkaars richting blaffen. Er wordt ook vaak beweerd dat een groep vreemde Berners zeer goed los van de lijn met elkaar kan wandelen en spelen. Ondanks alle vooroordelen is de Berner een hond waarmee u goed verschillende takken van hondensport kunt beoefenen. U moet er dan wel op letten dat u hiermee begint als de hond volgroeid is.

Nog even iets over de jacht. "Sennenhonden jagen niet!" Maar zoals bij veel, uitzonderingen bevestigen de regel. De meeste Sennenhonden hebben geen ambities voor de jacht. Echter er zijn er enkele die zeer goed als jachthond gebruikt zouden kunnen worden. Let dus goed op uw jonge hond en probeer eventuele jachtdrift zo vroeg mogelijk te onderdrukken. Dit zal helaas niet in alle gevallen lukken. In dat geval moet u er natuurlijk voor zorgen bij een boswandeling in wildrijk gebied, dat u uw hond aan de lijn houdt.
Meer dan middelgrote, krachtige, beweeglijke gebruikshond, harmonisch en fraai gelijkmatig gebouwd, met stevige, rechte ledematen.

Hoofd:

Krachtig, met vlakke schedel en weinig ontwikkelde voorhoofdsgroef, goed geprononceerde, niet te sterke stop. Krachtige rechte voorsnuit, oren middelgroot, hoog aangezet, driehoekig, in rust vlak aanliggend, ogen donkerbruin, amandelvormig, aansluitende oogleden, lippen niet overontwikkeld.

Gebit:

Volledig schaargebit.

Hals:

Krachtig, gespierd en middelmatig.

Lichaam:

Eerder gedrongen dan lang. Verhouding tussen schofthoogte en lichaamslengte ca. 9:10. Tot minstens op ellebooghoogte reikende borst met duidelijke voorborst, krachtige lendenen, ribbekast van rond-ovale doorsnee. Rug, vast en licht afgeronde, korte croupe.

Voorhand:

Schouderbladen lang, krachtig en schuingeplaatst, met de bovenarm een stompe hoek vormend, vlak aanliggend en goed gespierd. Stand van alle kanten bezien, recht. Polsen nauwelijks doorzakkend. Evenwijdige stand.

Achterhand:

Achterbenen breed, krachtig en goed bespierd. Dijbeen tamelijk lang en van opzij bezien schuin ten opzichte van het onderbeen staand. Spronggewricht goed gehoekt, breed en krachtig. Stand recht, noch naar binnen noch naar buiten uitdraaiend. Wolfsklauwen (Hubertusklauwen) moeten in de eerste levensdagen verwijderd worden.

Voeten:

Kort, rond en gesloten.

Staart:

Zwaar behaard, tot op het spronggewricht reikend, echter niet tot op de grond, licht zwevend gedragen.

Beweging:

Stuwend gangwerk vóór en een goede aansluiting van de achterbenen, ruime gelijkmatige bewegingsontwikkeling in alle gangen.

Vacht:

Lang, glad of licht gegolfd.

Kleur:

Diepzwarte grondkleur met donkere, bruin-rode brand aan de wangen, boven de ogen, aan alle vier de benen en aan de borst. Witte, lichte tot middelgrote symetrische aftekening aan het hoofd (bles) en witte borstaftekening (kruis). Zeer graag gezien, maar geen voorwaarde: witte voeten, ten hoogste tot aan de polsen reikend en witte staartpunt. Een kleine witte nekvlek en een witte achtervlek zijn ongewenst; worden echter wel getolereerd.

Grootte:

Reuen: 64 - 70 cm. Ideale schofthoogte 66 - 68 cm.

Teven: 58 - 66 cm. Ideale schofthoogte 60 - 63 cm.

Verzorging van de Berner Sennenhond

Dit ras heeft een dikke mooi gekleurde vacht. Deze vacht vraagt wel wat verzorging. Minimaal 1x per week moet de hond gekamd worden. Begin hier direct mee als je de pup in huis hebt gehaald. Maak er een leuke bezigheid van, zodat de hond het kammen als een plezierige bezigheid zal zien.
Zoals bij iedere hond moeten ook de oren van de Berner Sennenhond regelmatig schoon worden gemaakt. Hiervoor zijn speciale druppels te koop in de dierenspeciaalzaak. Verder kan oorsmeer gemakkelijk verwijderd worden door een 'babydoekje' (deze worden bij baby's gebruikt voor de billetjes).
De poten moeten soms bijgeknipt worden. Dit is noodzakelijk als de kussentjes van de poot de grond niet meer raken, maar de haren eerst de grond raken. Dit kan je gemakkelijk zelf weg knippen.
Om tandbederf wat tegen te gaan, kan gekozen worden voor het poetsen van de tanden (vraag info bij de dierenarts) en anders met de zogenaamde tandenpoetsbotten verkrijgbaar in de supermarkt.
Houdt dagelijks de ogen van de hond schoon door er een doekje over te halen.

Opvoeding van de Berner Sennenhond

Op het moment dat je de pup in huis hebt gehaald is het erg belangrijk dat je hem aan alles laat wennen. Neem je hondje vooral overal mee naar toe! Laat hem kennismaken met dingen zoals een lift, drukke ruimtes, winkelstraten, alle soorten dieren, kleine kinderen, druk verkeer, etc. etc.
De hond leert van positieve en negatieve ervaringen. Maak alles positief voor de hond. Geef hem een brokje bij de kennismaking met de kat, etc. Eenmaal een negatieve ervaring is lastig om weer recht te breien. Dit geldt overigens ook voor de bezoekjes aan de dierenarts of zijn verblijf in zijn bench. Maak het positief!!
Verder wordt een goede opvoeding vaak begeleidt door de mensen van de puppytraning. Hier leert de hond hoe zich te gedragen en de baas hoe ze het beste met hun hondje kunnen omgaan.
Iedere hond heeft een baas nodig die hem consequent laat weten wat wel en niet van de hond verwacht wordt.

Rasvereniging van de Berner Sennenhond

www.bernersennen.nl

Overige informatie over de Berner Sennenhond

www.bernersennen.nl

Berner Sennenhond pup aanschaffen

www.bernersennenhonden.be

Gedrag en Karakter

Er wordt hierbij uitgegaan van de Zwitserse Gedragsstandaard, het moederland van de Berner Sennenhonden.

"Opmerkzame, waakse, zekere en onbevreesde hond in dagelijkse situaties; goedmoedig en aanhankelijk in de omgang met vertrouwde personen; zelfverzekerd en vriendelijk tegenover vreemde personen. Hij moet een middelmatig temperament hebben en volgzaam zijn."


Vroeger was er nog aan toegevoegd "schotvast"; in Zwitserland is dit punt sinds 1990 verdwenen. In Nederland echter wordt de Berner nog steeds op schotvastheid getest, wat zeer zeker verband houdt met ons dichtbevolkte landje.

Middelmatig temperament
De hond is rustig, niet traag, maar opmerkzaam, geïnteresseerd en beweeglijk. Hij zal niet snel onder de indruk zijn of herstelt zich daarna direct.

Zekerheid
Hij dient zich bij dagelijkse invloeden, zowel optisch(zichtbaar) als akoestisch(hoorbaar) en tegenover vreemde personen in een normale situatie, onbevreesd en zeker te gedragen.

Aanhankelijkheid
Hij heeft een sterke binding aan zijn gezin. Als het nodig is verdedigt hij zichzelf, zijn gezin of zijn territorium zonder bijtgraag te zijn.

Volgzaam
De Berner moet bereid zijn zich te schikken in de rangorde die zijn baas bepaalt, wat dus inhoudt dat hij een ondergeschikte plaats inneemt.

Schotvast
De hond mag bij het schot opmerkzaam zijn, maar moet zeker en daarna niet onder de indruk zijn.

Het gedrag dat een hond toont, bestaat eigenlijk uit twee dingen: aan de ene kant wat hij in zijn genen van zijn voorouders meekrijgt, aan de andere kant wat hij leert gedurende het eerste gedeelte van zijn leven, dus de manier waarop hij "gehouden" wordt. Daarom is socialisatie vanaf de geboorte zo belangrijk. Nu zouden we zo graag zien, welk gedrag aan zijn genen ligt, en welk hij geleerd heeft. Helaas is dit voor onze waarnemingen niet scherp te onderscheiden, dus bezien we het totale gedrag. De belangrijkste ongewenste gedragingen zijn: angst en agressie.

Vereniging De Berner Sennenhond organiseert per jaar een aantal ras/fokkeuringen waarop o.a. de honden ook op karakter gekeurd worden. Tijdens de test, die uit verschillende onderdelen bestaat zoals tussen de mensen bewegen, een aantal optische voorwerpen, een aantal akoestische voorwerpen en het schot, die tezamen zo goed mogelijk nabootsen, wat de hond ook in het dagelijkse leven ervaart, wordt hij hiermee geconfronteerd. De hond laat door zijn houding en gedrag zien hoe hij op elk onderdeel apart reageert. Uit het totaal van zijn ervaringen kunnen we concluderen of hij in meerdere of mindere mate voldoet aan de gedragsstandaard. Er kunnen natuurlijk gradaties in zijn gedrag zitten ten opzichte van de verschillende onderdelen maar het totaal is belangrijk

Samenvatting:
Zeker voor de fokkerij, maar ook als gezelschapshond, willen we een betrouwbare, sociale Berner hebben die zo dicht mogelijk bij de gedragsstandaard komt, wat we door middel van deze selectieve karaktertest hopen te bereiken.
De opvoeding van de Berner Sennen
Mac Ghandor en Quinten zijn de beste maatjes 

Deze hond vraagt om een geduldige training....    

De Opvoeding Van Een Berner Sennen

De rustige, opgewekte Berner Sennen houdt van kinderen. Ze zijn erg intelligent, makkelijk te trainen en natuurlijke waakhonden, zonder te agressief te zijn; een vriend voor het leven! Ze zijn erg loyaal en zullen moeite hebben zich aan te passen aan een nieuw baasje als ze ouder dan 18 maanden zijn. Zelfverzekerd, alert en goedgehumeurd. Ze zijn redelijk vriendelijk tegen vreemden en zijn over het algemeen goed met andere huisdieren en honden te combineren.

De Berner Sennen is een stevige, zware hond met een prachtige weerbestendige driekleurenvacht bestaande uit zwart met symmetrische markeringen in wit en roestbruin. De hond heeft een wit vlak op de borst, wit op de kop en de tenen en roestbruine stukken over elk oog, op de wangen, aan de zijkant van de borst, onder de staart en op elke poot. De vacht is van gemiddelde lengte en is recht of met een kleine slag. De brede kop heeft een lichte rimpel in het midden. De driehoekige oren van gemiddelde grootte hangen lichtelijk. De donkere ogen hebben een zachte uitdrukking en de neus is zwart. De tanden zijn in schaarvorm opgesteld. Zijn lichaam is compact met een brede, diepe borst. Het borststuk loopt op zijn minst door tot de elleboog. De staart is lang en wild als een struik en hangt laag wanneer de hond in rust is (een lichte boog omhoog is mogelijk wanneer de hond op zijn hoede is). Eventuele hubertusklauwen aan de poten moeten worden verwijderd.

Hoewel de exacte afkomst van de Berner Sennen onduidelijk is is de hond waarschijnlijk begonnen als boerderijhond in de Zwitserse bergen. Op schilderijen uit de 18e eeuw zijn Berner honden te zien. Tegen het einde van de 19e eeuw werden er echter veel buitenlandse honden geïmporteerd en er ontstond een gevaar dat de oorspronkelijke bloedlijn verloren zou gaan. De professoren Albert Heim, Franz Schertenleib en anderen waren de leiders in het stabiliseren van het Berner ras in de Berner Sennen hond als een onafhankelijke soort. De Berner Sennen is vernoemd naar de Zwitserse provincie Berne waar deze soort veel voorkomt. De stevige Berner is gebruikt voor het drijven van vee en boerderijbeschermer. Vanwege zijn zachte, vrolijke temperament is de Berner Sennen een uitstekende familiehond. Zijn talenten omvatten die van spoorzoeker, herder, waakhond, beschermer, redacties en kartrekker.

Deze hond is nooit scherp of verlegen. Ze worden langzaam volwassen en blijven bruisend als een puppy voor een lange tijd. De Berner moet onder de mensen blijven en niet in de achtertuin of een kennel worden geplaatst. Zoals elke andere hond moet de Berner Sennen goed worden getraind als pup. Deze honden zijn gevoelig en moeten daarom worden getraind met beleid en geduld.

Dagelijks tot wekelijks de lange dikke vacht borstelen is belangrijk, met extra aandacht wanneer de vacht aan het uitvallen is. Baden of droog wassen wanneer noodzakelijk. Omdat deze hondensoort een seizoensruier is heeft hij in deze periode hevige haaruitval.
Berner Sennen honden worden niet aangeraden als u in een appartement woont. Ze zijn relatief inactief binnenshuis en gedijen het best in (op zijn minst) een grote omheinde tuin. Geeft de voorkeur aan koeler weer / klimaat omdat zijn dikke vacht ongemakkelijk is in de zomer. Grote actieve honden zoals deze hebben regelmatig beweging nodig.

Helaas maakt kanker een groot deel uit van het leven van de Berner en veel pups sterven dan ook op jonge leeftijd. Ook de gemiddelde levensverwachting van de berner sennen is de laatste jaren gedaald van 10 tot 12 jaar naar 6 tot 8 jaar. Op het moment wordt er nog veel onderzoek gedaan naar de oorzaak en mogelijke oplossing voor dit probleem.

 

Diverse vragen

Klopt het dat de Berner Sennenhond zichzelf opvoed?

Niets is minder waar. Dit is hardnekkig een fabeltje. Elke hond, dus ook een Berner, moet worden opgevoed. Zeker een Berner Sennenhond. Zijn eigenzinnigheid en zelfstandigheid, doet soms anders vermoeden. Vroeger werd gebruik gemaakt van deze eigenschappen voor de taken die een Berner moest uitvoeren; o.a. het erf bewaken en zelfstandig karren trekken. Maar ook dat werd de Berner goed aangeleerd. Nog steeds is het van groot belang, juist door deze karaktertrekken, een Berner goed op te voeden. De Berner zal bij een snelle en goede leerling blijken te zijn wanneer het leren op een prettige en speelse manier gebeurt. Uitbundig belonen met stem en een brokje stimuleren hem enorm. Corrigeren gebeurt met de stem of zachte hulp met de hand. Een harde aanpak bij de opvoeding werkt averechts en zal leiden tot een onzekere en angstige hond. Een Berner Sennenhond is gebaat bij een enthousiaste baas die consequent en rechtvaardig is.

   

 

 Berner Sennenhonden kunnen het goed vinden met de kinderen

 

Kunnen Berner Sennenhonden met kinderen overweg?

Berners zijn erg gesteld op en lief voor kinderen. Een Berner is een ideale hond in een gezin met kinderen. Als snel zullen de Berner en de kinderen onafscheidelijk zijn. Bedenk wel dat u een (Berner Sennen)hond nooit alleen met kinderen moet laten. Jonge kinderen tot zo'n 15 jaar kunnen nooit de meerdere zijn over een hond en kunnen geen commando's afdwingen. Lichamelijk zijn ze een volwassen Berner ook nooit de baas. Laat jonge kinderen ook nooit alleen wandelen met een jonge (Berner Sennen)hond. Fysiek zijn ze soms wel in staat een Bernerpup uit te laten, maar opvoedkundig niet. Een jonge (Berner Sennen)hond zal het niet consequent zijn van kinderen uitbuiten en uw opvoeding wordt teniet gedaan. Begeleidt kinderen altijd als zij iets met de hond doen, helpt de kinderen de commando's geven en zorg ervoor dat de hond ze opvolgt.

 

Laat de kinderen nooit alleen met uw Berner Sennen

 

 

Onze hond vindt van de kinderen alles goed. Tot hoever gaat dat goed?

Een Berner Sennenhond staat bekend als 'kindervriend', daarom ook zo geliefd als huishond in een gezin. Toch dient u zich te realiseren dat ook een Berner, net als alle andere rassen, een 'wolf in een mooi jasje' is.

  • Laat kinderen nooit alleen met een hond.
  • Voed u hond, maar ook uw kinderen op.
  • Een hond is een hond en geen speelgoed.
  • Begeleidt kinderen als zij met de hond spelen.

Wanneer dit niet verantwoord gebeurt, dan gebeuren er omgelukken. Wanneer een hond zijn grens aangeeft, gebeurt dit meestal door eerst weg te lopen, vervolgens te grommen en uiteindelijk te bijten.
U zult begrijpen dat een beet van een Berner grote gevolgen kan hebben

 

Berner Sennenhonden zijn van nature geen echte speelse honden

 

Spelen Berner Sennen honden graag?

Een Berner is van nature geen speelse hond. Natuurlijk vindt hij het leuk om met zijn baas te spelen. Apporteren of speuren liggen niet in zijn aard, maar er zijn Berners die dat heel goed kunnen. Een Berner vindt het leuk om samen met de baas iets te doen, dus gooi je een stok weg, dan zul hard mee moeten lopen, net als ballen wegooien, als je ze zelf maar ophaalt, dan vindt een Berner het pas leuk. Wanneer een Berner jong spelen aanleert is ie tot veel in staat, maar hij verloochend niet zijn aard. Ook door zijn bouw heeft de Berner beperkingen. Behendigheid is dan ook niet zijn sterkste kant. Daarin tegen vindt hij het geweldig om samen met zijn baas te zijn, dus wandelen en erop uit gaan zijn aan een Berner wel besteed.

 

Nu laat ik het speelgoed nog heel 

 Welk speelgoed is geschikt voor uw Berner Sennenhond?

Veel van het hondenspeelgoed wat tegenwoordig te koop is, is ongeschikt voor een Berner. Veel is in 'no-time' kapot gebeten of gebaseerd op apporteren e.d.. Dit ligt een Berner niet zo. Wat overblijft zijn de speeltouwen en grote kalkbotten. Grote 'Dino-botten' (geprepareerde runderbotten) vinden ze heerlijk. Voor pups en jonge Berners voldoen oude sokken met een tennisbal erin. Een 'activity-ball' (bal waarin brokjes kunnen en ingesteld kan worden op dosering) zijn ook erg geschikt. Takken en stokken zijn gevaarlijk i.v.m. splinters, een van de weinige uitzonderingen hierop zijn Wilgentakken.

 

Mac Ghandor net terug van zijn nieuwjaars duik

 

Zijn Berner Sennen honden gek op zwemmen?

De meeste Berners zijn niet zo gek op water. Dit zit in hun aard. Pootje baden is voor de meeste meer dan voldoende. Er zijn echter Berners die graag zwemmen. Leren zwemmen op jonge leeftijd is meestal succesvol. En hond die van water houdt heeft ook nadelen.........Maar onze Berner Sennens ( Bayla) en Mac Ghandor zijn echte waterratten dit heb ik ze zelf aangeleerd door samen met ze in het water te gaan. Mac weet nu ook dat hij op sommige plekken van mij niet mag zwemmen daar ik het water niet schoon vind. Daar hebben we nog wel eens een discussie over. Na het zwemmen droog ik hem goed af of spuit hem schoon(zomer) een oude fohn doet daarna zijn werk.

 

Bayla was gek op water Ook voor Mac Ghandor is zwemmen geen probleem

 

Waarom graaft mijn Berner Sennen (hond) kuilen?

Honden graven graag kuilen. Meestal is dit geen probleem, maar sommige honden graven zoveel én op de verkeerde plaatsen, dat hun baasjes zich er dood aan ergeren. Maar waarom graaft je hond eigenlijk zoveel?

Voor honden is het heel natuurlijk om te graven. Sommige rassen zijn er zelfs beter in dan andere. Zo bijvoorbeeld de meeste terriërs. Het woord terriër is trouwens afkomstig van het Franse ‘terre’, wat grond of aarde betekent.

Oorzaken

Honden die graven, doen dat meestal omdat ze zich vervelen of omdat ze zich ‘gevangen’ voelen in hun huis. Honden die veel tijd buiten doorbrengen of voor een lange periode zonder toezicht in een tuin zitten, zullen graven om de verveling te verdrijven. Vaak maken de baasjes niet genoeg tijd vrij voor hun honden en moeten de honden zichzelf weten te amuseren.

Oplossingen

Voor het graafprobleem zijn er verschillende oplossingen. Maar breng eerst eens een bezoekje aan je dierenarts. Die kan je meer informatie geven en oplossingen aanreiken.

Als het gedrag van je hond te wijten is aan verveling, kan je in de eerste plaats eraan werken dat je hond zich niet meer zoveel gaat vervelen. Breng veel tijd door met je hond en probeer hem moe te maken. Speel met hem, laat hem rennen en apporteren.

Maar je moet natuurlijk niet alleen spelen met je hond, maar hem ook aanleren je te gehoorzamen. De hond moet kunnen reageren als je ‘nee’ zegt terwijl hij aan het graven is. Het zal moeilijk zijn je hond het graven af te leren als hij niet enkele basiscommando’s kent.

Als het gedrag voortkomt uit een gevoel van gevangenschap, kan het helpen hem voldoende te laten bewegen en wandelen. Maar op de momenten dat je geen oogje in het zeil kunt houden, plaats je je hond best in een kooi of een ren met een betonnen vloer. Als hij voldoende getraind is om te stoppen met graven, kan je hem weer laten rondlopen.

Als niets helpt, kan het nodig zijn je hond zijn eigen graafplekje te geven. Daar mag hij dan naar hartenlust graven zonder schrik te hebben voor straffen. Maar ook dan moet je je hond trainen om gebruik te maken van deze plek. Beloon hem wanneer hij op de juiste plek graaft. Je kunt het graven ook aanmoedigen door zijn favoriete speeltjes onder de grond te verstoppen.

Hier graaft Mac Ghandor op commando

 

 

Kan een Berner Sennen goed tegen de warmte?

Een Berner zal niet uitkijken naar zomerse temperaturen. Door zijn zwarte en dikke vacht zal hij het snel warmt hebben. Een volwassen Berner zal daarom, als het te warm wordt, zijn activiteiten aanpassen. Dat betekend dat, hij de schaduw e/o een koele plek zal op zoeken en veel minder actief zal zijn. Laat dat ook toe.
Zorg ook dat hij een koele plaats heeft en vers water. Laat hem niet (zeker niet na inspanning) veel ijskoud water drinken. Dit verhoogd de kans op een maagtorsie. Spuit hem ook niet nat met bv. een tuinslang. Dit geeft een 'saunaeffect' en zal de lichaamstemperatuur doen toenemen. Een hond reguleert zijn lichaamstemperatuur middels zijn bek en via de voetzolen. Voeten koelen in een bak koud water kan wel. Ook zwemmen is een optie, maar veel Berners zijn geen zwemmers.

Denk aan;
Geen lange autoritten bij hoge temperaturen.
Laat uw hond niet achter in de auto. (ook met de ramen op een kier kan de temperatuur in de auto snel flink oplopen)
Zorg dat, u als u lang van huis gaat, u water meeneemt en evt. een parasol of paraplu om schaduwplek te kunnen maken.
Veel wegen en stenen kunnen erg warm worden en problemen geven voor de voetzolen.
Neem nooit met warm weer de hond mee aan de fiets ! Veel pups moeten nog leren om te gaan met de warmte. Help ze daarbij, door ze rustig te houden en zoveel mogelijk uit de zon te houden.

 

Kan mijn Berner Sennen ook goed tegen vorst?

Een Berner Sennenhond zal het niet gauw koud hebben. Zijn dikke vacht beschermt hem tegen de kou. Enkele graden vorst zullen hem niet deren.Het lijkt dat hij bij vorst en sneeuw meer in zijn element is dat op zomerse dagen.
Zorg wel dat hij droog, tochtvrij en uit de wind kan liggen. Ook moet hij de mogelijkheid hebben om 'van de grond'  te liggen op een vlonder of ligbed. Zorg dat 's winters de haren tussen de voetzolen geknipt zijn, zodat er geen steentjes en ijsklontjes tussen kunnen komen, wat tot problemen kunnen geven. Ook is het niet goed om uw hond te lang nat te laten zijn.
Zwemmen in ijskoud water is sterk af te raden. Plotselinge grote temperatuursverschillen zijn niet goed.
Het lopen op ijs kan, door uitglijden en geforceerd lopen, blessures geven, dus niet doen. 

 

In de sneeuw is de Berner Sennen meer in zijn element